Verhalen van: Dinja de Vries
Zowel binnen als buiten Umoja denken mensen of hebben mensen lang gedacht dat ik nog antropologie studeerde. Dat is ook niet zo raar, aangezien ik jarenlang (zeer) actief ben geweest bij Umoja. Dit jaar ben ik voor het eerst wat minder in TvA 6 te vinden, aangezien ik net als Isa in de USR zit namens AKKUraatd.
Ik ben echter al een aantal jaren klaar met culturele antropologie en ontwikkelingsstudies. Zelfs mijn bestuursjaar bij Umoja heb ik gedaan nadat ik mijn bachelor al gehaald had. Toen ik namens AKKUraatd verkiesbaar was en er ‘islamstudies’ achter mijn naam stond, kreeg ik veel verbaasde reacties. Maar het is echt waar, ik studeerde islamstudies. Hoe ik daar terecht ben gekomen, wil ik graag met jullie delen.
Mijn keuze voor antropologie was geen hele bewuste keuze. Ik vind ontzettend veel dingen interessant. Zo heb ik overwogen geschiedenis te studeren, verschillende taal- en cultuurstudies, sociologie. Ik had nooit van antropologie gehoord, tot iemand tegen me zei: “Dinja, jij lijkt me nou echt een antropologiemeisje”. Dat heb ik gegoogled, en het klonk inderdaad wel als iets wat bij me paste. Zo geschiedde. In 2010 (ja, zo lang geleden al) startte ik met antropologie en het was inderdaad interessant. Grote abstracte theorieën en tegelijkertijd specifieke feitenkennis over bijvoorbeeld de kula en big men. Ik miste echter wel een beetje uitdaging en meer diepgaande regiokennis. Daarom ging ik op zoek naar vakken buiten onze eigen studie. Hoe ik er precies kwam weet ik niet meer, maar besloot een aantal vakken bij islam en Arabisch te gaan volgen.
Tegelijkertijd begon de Faculteit der Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen reclame te maken voor filosofie of religiewetenschappen als tweede studie. Bij FTR faciliteren ze verkorte bachelorprogramma’s, waarin je vrijstelling kan krijgen voor vakken als methoden van onderzoek en academische vaardigheden, maar krijg je na 120 ECTS wel eel volwaardig bachelordiploma. Na overleg met mijn ouders besloot ik er voor te gaan. Het actieve studentenleven trok me toen nog niet ontzettend aan. De uitnodiging voor het Honours Programme kwam toen ik me al had ingeschreven voor extra vakken dus dat liet ik ook aan me voorbij gaan.
Inmiddels is islam en Arabisch geen aparte studie maar maar een sidetrack van religiewetenschappen. Toch is het karakter van islamstudies wezenlijk anders dan bij religiewetenschappen. Religiewetenschappen is heel breed en islamstudies heeft een redelijk antropologische insteek. Een aantal goede docenten hebben ook antropologie gestudeerd en dat merk je. De kwaliteit van de colleges is heel erg hoog. Niet alleen vanwege de goede docenten, maar ook vanwege het kleinschalig onderwijs. Zo heb ik één vak op het kantoor van een docent gehad, omdat we waar met zijn vieren waren en anders haar een zaaltje bij de Open Universiteit moesten. Er is veel ruimte voor interactie en feedback en tegelijkertijd kom je er ook niet snel mee weg als je niet voorbereid bent.
De onderwerpen die behandeld worden, zijn ontzettend actueel. In het nieuws wordt heel veel gesproken over de islam, moslims, terrorisme, etcetera. Daar sluipen ook heel veel onjuistheden in. Dankzij deze studie kan ik beter antwoord geven over vragen die mensen daarover hebben. Het onbekende wordt bekend gemaakt, lekker antropologisch. Ook al hebben we ook colleges van letterkundigen.
Na een aantal jaren was ik wel klaar met sociale wetenschappen, maar na een semester Arabisch in het buitenland wist ik weer hoe fijn is bij antropologie. De openminded sfeer, de nieuwsgierigheid naar de ander. Ook besefte ik eindelijk wat de meerwaarde is van de studie antropologie en dat onze studie kwalitatief echt sterk is (vooral dat antropologie wel goede methodenvakken heeft). Binnen antropologie zitten studenten echt een beetje in een bubbel, waarin het vanzelfsprekend lijkt om verder te kijken dan onze neus lang is. Dat is helemaal niet waar. Antropologie heeft echt toegevoegde waarde, in welk vakgebied dan ook.
Islamstudies afronden duurde langer dan verwacht door allerlei omstandigheden, maar nu voel ik me als het ware ‘compleet’: ik beschouw islamstudies als mijn specialisatie van antropologie. Ik zal dus nog steeds vooral zeggen dat ik antropologie gestudeerd heb. Inmiddels ben ik begonnen met de master religie en beleid in Nijmegen. Uiteindelijk zie ik mezelf als beleidsadviseur werken op een of ander ministerie, met onderwerpen als integratie en segregatie. Juist op dit soort thema’s kan een antropologische blik een wereld van verschil betekenen!